OP EEN DAG KOM IK HAAR TEGEN

 

Dood…Ze is het slachtoffer geworden van zinloos geweld. Ik kniel naast haar en haar trieste verhaal schiet in een flits door mijn hoofd…

Ze is één van de vele dochters van een alleenstaande moeder, ze heeft heel veel broertjes en zusjes. Haar vader heeft ze nooit gekend. Moeder werkt niet, ze is druk met de kleintjes en laat zich graag verzorgen door haar oudste kinderen. Zij en de andere oudsten van het gezin zijn druk bezig om moeder te helpen met de zorg voor de jongsten. Al vroeg in de ochtend vertrekken zij om eten te zoeken voor hun moeder en de kleintjes, hun leven trekt op deze manier aan ze voorbij. Ze hebben geen eigen leven, stichten geen eigen gezin, daar is geen tijd voor. Hun leven staat in het teken van absolute opoffering, zo is dat immers ooit bepaald. Niemand van hun klaagt, ze doen wat er van ze wordt verwacht, ze weten niet beter.

 

Al het schaarse eten wat ze vinden is voor moeder, broertjes en zusjes. Deze zijn zo dankbaar dat ze iedere dag weer genoeg te eten krijgen van de oudsten, dat ze hen steevast belonen met snoep, suiker… En ooohhh wat zijn zij daar dol op, daar doen ze echt alles voor… En zo gaat dat drie kwart van hun leven.

Maar op een dag komen ze thuis met eten en ontdekken ze dat er niemand meer is, iedereen is vertrokken zonder dat van te voren te zeggen. Moeder is weg, de kleintjes zijn weg…..Ze zijn ontredderd, geschokt! Ze zijn helemaal aan hun eigen lot overgelaten terwijl zij ook niet meer de jongsten zijn. Stank voor dank, keihard!

Dat hun kracht steeds minder wordt voelen ze al een tijdje. Samenwerken hebben ze eigenlijk nooit gedaan dus al gauw gaat iedereen zijn eigen weg en valt het hele gezin uit elkaar. Al gauw komen ze erachter dat ze verslaafd zijn aan suiker, de kleintjes met hun heerlijke snoep hebben daar ongemerkt voor gezorgd, maar van hen krijgen ze het helaas niet meer. De drang naar suiker is té groot, ze kunnen er geen weerstand aan bieden, ze moeten op zoek en zijn zelfs bereid om er een moord voor te doen.

 

Al gauw komt zij erachter dat haar afkomst alles behalve populair is. Ze wordt door veel mensen gehaat. De pers haat haar, ze wordt al generaties lang in de kranten voor alles en nog wat uitgemaakt. Niemand die in de gaten heeft hoe hard zij en haar familie hebben gewerkt, niemand die haar wat gunt als zij dichtbij komt voor een beetje eten. Iedereen schreeuwt tegen haar, probeert te slaan of scheldt haar uit. Mensen lopen weg als zij in de buurt komt. Ze komt er snel achter dat het niet mee valt om suiker buitenshuis te vinden. Soms heeft ze geluk en kan ze gulzig haar buik vol eten. Van bedelen houdt ze niet, ze probeert te pakken wat haar lekker lijkt maar ja, ze loopt dan wel een enorme risico…

Op een zonnige Septembermiddag zit D. Wesp, inmiddels hoogbejaard, op een terrasje heerlijk te genieten van een klein stukje appeltaart. Ineens voelt ze een enorme klap tegen haar hoofd, het wordt snel donker voor haar ogen, een kleine stuiptrekking volgt en ze overlijdt ter plekke. Ze wordt het slachtoffer van zinloos geweld. De dader gaat over tot de orde van de dag, alsof er niks is gebeurd. Een leven lang vol opoffering en keihard werken zonder een bedankje, komt op een zonnige Septembermiddag, op deze manier aan zijn einde. Niemand die ook maar een vinger uit heeft gestoken om het te voorkomen…

 

Susan Blanco – De Taalrecycler

Klik hier om het boek te bestellen
Klik hier om het boek te bestellen
Fotocollage door Arjen Gerritsma
Fotocollage door Arjen Gerritsma